Post-Corona. De zalen gaan weer open. We trainen weer binnen!

De Corona-tijd heeft laten zien dat veel dingen anders kunnen. Thuiswerken was ineens ingeburgerd voor de beroepen waar het kon, bijvoorbeeld. Bij ons was het ’t verbod op groepslessen. In plaats van trainen in verschillende lessen en groepen (kobudo, Katori, karate) werd Kobudo Venlo ineens één groep. Mensen kwamen op eigen gelegenheid, begonnen en stopten wanneer ze wilden en trainden individueel.

Dat zetten me aan het denken.
Ik hou van de aanblik van oude dojo op oude prenten. Er wordt hard gewerkt en het ziet er uit als ‘georganiseerde chaos’. Iedereen traint maar wat, lijkt het. Mijn eigen droom komt daar uit voort: een eigen dojo naast mijn huis waar iedereen 24/7 kan trainen. Niet vast zitten aan een tijd of dag, maar gewoon wanneer je wilt, hoe vaak je wilt.

Ik heb verschillende verhalen gelezen van mensen die met z’n tweeën gingen trainen in een dojo. En terwijl ze daar bezig waren, kwam de hoofdleraar net thuis, liep even binnen in zijn normale kloffie, corrigeerde wat, deed wat nieuws voor en vertrok weer. Geen tijden, geen verplichtingen. Gewoon werken en beter worden.

Over die ideale dojo gesproken: een stukje uit “Old School – Essays on Japanese Martial Traditions”, de uitgebreide versie van Ellis Amdur. Vertaling door mij. Het gaat over de Maniwa Nen-ryu. Een zwaardvechtschool met één dojo. In Maniwa.

Veel mensen die niet bekend zijn met oude scholen (ryu) nemen aan dat de dojo een strikte omgeving is, waar bevelen worden geschreeuwd en onderdanige leerlingen springen en salueren op het minste commando van hun leraar. Dit is de stijl van veel krijgskunsten die ontwikkeld zijn aan het eind van de 19e en begin 20e eeuw, toen moderne budo-sporten zoals kendo en karate beïnvloed werden door de militaristische normen en waarden van die periode. De oude scholen echter, waren plekken waar vaak gelachen werd en die veel informeler waren dan de Japanse maatschappij zelf. De andere kant van de medaille is dat tegenover deze ontspannen sfeer dodelijk serieus trainen staat en een bedaard respect tussen mensen die elkaar vertrouwen. Mensen worden verantwoordelijk geacht voor hun eigen daden. En daarmee worden de instructies meestal op rustige toon gegeven en zijn bevelen zeldzaam. Eenmaal lid van de school is de leerling deel van een familie. Iedereen werkt samen om beter te worden.

Dat vind ik een mooi beeld. Knoerthard werken vanuit intrinsieke motivatie met respect voor elkaar, helpend en ook met de kracht om te relativeren, maar altijd met het doel om te groeien. Over die familie, of gemeenschapszin, staat op de volgende bladzijde nog een mooi stukje:

Stel je een tijd voor eeuwen geleden, of een tijd een paar uur geleden. Stoere mannen en vrouwen, van kinderen tot voorover gebogen oude bejaarden, komen samen bij de dojo. Terwijl de zon ondergaat, trekken mensen witte hoofd- en handbeschermers aan en, schreeuwend als zeearenden, duiken ze naar voren om elkaar te meppen met leer-omwikkeld bamboe. De omringende toeschouwers brullen van het lachen, roepen aanmoedigingen en kreunen bij fouten. Naderhand drinken ze samen saké en bier, misschien wat teveel. En een heet bad om alle butsen en bulten van het trainen onder te dompelen.

Die twee citaten geven het gevoel weer wat ik nastreef.

Om die reden gaan we vanaf nu ook samen trainen. Geen aparte groep karate, groep kobudo, groep Katori of iaido. Eén groep Kobudo Venlo. Iedere dinsdag is er les van 19:30 tot 22:00. Binnen die tijd kun je komen wanneer je wilt en gaan wanneer je wilt. En trainen wat je wilt. Wil je aan je kracht en conditie werken? Dan moet je er om 19:30 zijn, want we beginnen met een gezamenlijke, pittige warming-up. Ik mik op een half uur. Mocht je om kwart voor binnen komen: eigen keuze om aan te sluiten of voor jezelf te beginnen.

Deze manier van trainen (en lesgeven) gaan we een jaar uitproberen. Er zijn zeker uitdagingen; bijvoorbeeld in- en uitgroeten met drie man en tussendoor twintig tegelijk op de mat. Hoe verdelen we de zaal? Want het wordt wel drukker met een ‘spits’ om half negen. Afstemmen wie wanneer gaat trainen, onderling. Want alhoewel je zélf mag komen wanneer je wilt, is het lastig als je ‘vaste partner’ (voor zover we die hebben) een uur later begint.

Ook met die uitdagingen ben ik ervan overtuigd dat dit de goede keuze is. Post-Corona past meer flexibiliteit en eigen verantwoordelijkheid. Ik zie ook voordelen in kruisbestuiving: het ‘eens uitproberen’ van andere disciplines kan niet laagdrempeliger. En er zit een flinke overlap in kobudo en karate wat betreft standen en kihon. Ook kobudo en Katori moeten elkaar kunnen vinden, bijvoorbeeld voor uchikomi (slagtechnieken oefenen).

Het vraagt wat aanpassingsvermogen. Een wat andere manier van denken. Niet alleen van mij, maar ook van jullie – en zeker de zwarte banders. Het is fijn als jullie assisteren, maar dat moet het ook zijn: helpen, niet het lesgeven (hoeven) overnemen – dat is niet de insteek.

Verwacht meer berichtjes over de les via Whatsapp (communiceren is nu een stuk makkelijker dan een paar honderd jaar geleden;-) en meld je zelf ook aan voor de les. Liefst met een verwachte starttijd, zodat de anderen ook kunnen zien wie er wanneer is.

Ik zie jullie op de mat!

M vd Zanden

Comments (2)

    • Beantwoorden

      Jazeker! Het verschil zit ‘m erin dat je nu langer zelf traint. Vroeger kreeg je een uur, of anderhalf, les en daarbinnen aandacht van mij. Die moest ik verdelen over gevorderden en beginners, over specifieke technische fouten en dus over personen. Dus in een les (iedere les) krijg je een X tijd aandacht. Nu train je wanneer je wilt en hoe lang je wilt. Voor de meesten betekent dat, dat ze langer trainen dan vroeger. Maar die X tijd aandacht blijft: want alleen je aanwezigheid is groter; ik hoef mijn aandacht niet over meer mensen te verdelen dan vroeger.
      Verder heb ik ondertussen veel zwarte banders. Terwijl zij zelf trainen, verbeteren ze de beginners. Ook dat was al en dat is niet minder geworden.
      Dus ik snap waar de opmerking vandaan komt; die conclusie lijkt voor de hand te liggen. Maar door een langere trainingstijd is de groep er op vooruit gegaan: zeker niet minder les, wel meer oefenen.

      Kom ’s langs en oordeel zelf!

Laat een antwoord achter aan Anouk Duijs Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *